SPIE heeft van de gemeente Den Haag de opdracht gekregen om "de Noodzetel", een ondergrondse schuilkelder uit de tijd van de Koude Oorlog, om te bouwen tot een cultureel centrum. De gemeente Den Haag wil de voormalige atoomkelder verbouwen tot archiefruimten voor het Haags Gemeente Archief en oefenruimtes voor de popsector. SPIE is verantwoordelijk voor het gehele project; van sloopwerkzaamheden tot de opbouw, zowel bouwkundig, elektrotechnisch en werktuigbouwkundig.
De verbouwingswerkzaamheden zijn bijzonder, omdat de bouwput maar door één deur toegankelijk is. De aan- en afvoer van materiaal loopt via een speciale hijskraan, door een gat van 2.40 bij 1.25 meter. “Maar eenmaal binnen, moeten we veel met onze handen en op eigen kracht moeten gaan doen”, zegt projectleider Maurilio Nijbacker, projectmanager bij SPIE Nederland. “De luchtbehandelingskast gaat bijvoorbeeld in onderdelen naar beneden, die zetten we ter plekke in elkaar.”
Twee verdiepingen
De bunker heeft twee verdiepingen onder de grond van in totaal twee keer 900 vierkante meter. Op -1 komt een gemeentelijke archiefruimte met bijbehorende voorzieningen, waaronder een zuurstofreductie systeem. Zo’n systeem voorkomt dat er brand kan ontstaan doordat het zuurstofniveau permanent op een onbrandbaar niveau (17% en lager) wordt gehouden. Ook legt SPIE door de gehele ruimte een luchtbehandelingssysteem aan dat ervoor zorgt dat het klimaat er optimaal blijft. “Alles om het kostbare archiefmateriaal zo goed mogelijk te beschermen!” aldus Nijbacker.
Muziekstudio’s
Op de verdieping -2 komen onder andere drie muziekstudio's. Deze worden voorzien van geluidswerende wanden. Op dezelfde vloer wordt de overige beschikbare ruimte als museum ingericht. Daarin blijven bijvoorbeeld de oude aggregaten, zuurstoftanks en luchtbehandelingskast staan. Ook worden er twee museale ruimtes ingericht als slaapvertrek. Zo wil de gemeente laten zien hoe het vroeger was toen de atoombunker onder het voormalig ministerie van Financiën in crisistijd dienst deed als noodvertrek.
Nijbacker: “Het wordt logistiek gezien een enorme uitdaging, zo onder de grond werken, maar wij zijn wel wat gewend en gaan goed op dit soort uitdagende projecten.“
Het werk moet in december 2024 worden afgerond.