Na jaren van snelle groei door actief overnamebeleid bij SPIE Nederland besloot Lieve Declercq bij haar komst als CEO eind 2017 “het huis eerst op orde te brengen om klaar te zijn voor een volgende stap”. Met de aangekondigde overname van Strukton-dochter Worksphere eerder deze maand is het daar nu tijd voor. “De strategie van SPIE is om kralen te rijgen aan onze ketting.''
De voorgenomen acquisitie van Worksphere is niettemin veel meer dan puur een financiële transactie, betoogt Declercq. “Ik geloof heel sterk dat wij als speler essentieel zijn in het leven van alledag. Zonder techniek kunnen we niet bouwen aan de energietransitie of het Klimaatakkoord. Door deze acquisitie te doen kunnen we die waarde versnellen. Het gaat immers niet alleen om het nu, maar ook om de volgende generatie.”
Beide bedrijven vullen elkaar bijna naadloos aan. “Worksphere is heel ver op het gebied van digitalisering en innovatie. Dat past goed bij wat wij onze klanten kunnen aanbieden. Daarnaast heeft SPIE een nadrukkelijke strategie op het gebied van duurzaamheid. Met de komst van Worksphere kunnen we digitalisering, innovatie en duurzaamheid sterk met elkaar combineren, zodat we nog beter een grote maatschappelijke opgave kunnen realiseren: de verduurzaming van de gebouwde omgeving.”
Springplank
Worksphere is in eerste instantie een aanwinst voor het marktsegment ‘e-fficient buildings’ van SPIE, die de wens heeft om zich meer te gaan richten op het slimmer maken van gebouwen door integrale onderhoudscontracten en assetmanagement, gekoppeld aan duurzaamheid. “Wij zaten op een springplank om die strategie te realiseren. Worksphere zit al veel verder in die waardeketen. Nu we de krachten bundelen kunnen we in één keer die sprong maken.”
Daarnaast is de kennis die Worksphere in huis heeft veel breder toepasbaar binnen SPIE, verwacht Declercq. Zo kan de installateur bijvoorbeeld ook de zware industrie beter helpen bij het terugdringen van de CO2-uitstoot. “De industrie heeft een enorme opgave en nu krijgen we een bedrijf in huis dat daar alles van weet op het gebied van gebouwen. Als we die kennis combineren met onze huidige klantenportefeuille, maar ook het potentieel aan klanten kunnen we oplossingen bieden die voorheen eigenlijk niet aangeboden werden omdat Worksphere zich concentreerde op gebouwen en SPIE veel breder is.”
In bedrijfscultuur zijn er veel overeenkomsten tussen de twee organisaties. Ze hebben ook allebei een platte organisatie. Declercq: “We zijn niet zulke grote beleidsmakers. Wij doen het samen. En dat hebben we ook bij Worksphere aangetroffen.”
De verwachting is dat de overname begin volgend jaar afgerond kan worden. Eerst moeten de medezeggenschapsorganen van beide bedrijven en de Europese mededingingsautoriteiten nog akkoord gaan. De praktische uitwerking van de transactie, zoals integratie van arbeidsvoorwaarden, IT-systemen en huisvesting, volgt daarna, zegt Declercq.
De kans is groot dat er vestigingen verdwijnen van de 36 die de twee technische dienstverleners nu gezamenlijk hebben. Welke dat worden, staat nog niet vast. En of de naam Worksphere behouden blijft, daar moet Declercq nog eens goed over nadenken. Weliswaar is het een sterk merk, maar aan de andere kant wil ze voorkomen dat er binnen het bedrijf verschillende bloedgroepen ontstaan als gevolg van het overnamebeleid. Medewerkers moeten zich wel kunnen identificeren met moederbedrijf SPIE. “We gaan het beste van beide werelden implementeren, dus behoud van het merk ‘Worksphere is zeker niet ondenkbeeldig”, stelt ze.
Verantwoordelijkheid
Dat SPIE dankzij de acquisitie met een jaaromzet van ruim 1,2 miljard euro op ruime afstand de grootste technische dienstverlener van Nederland wordt, was zeker niet het voornaamste uitgangspunt volgens Declercq. Het biedt wel voordelen, bijvoorbeeld om makkelijker mensen aan je te binden in een arbeidsmarkt die schreeuwt om personeel. “We kunnen ons positioneren als werkgever van de eerste keuze.”
SPIE biedt immers veel opleidingsmogelijkheden en is breed georiënteerd, waardoor mensen intern makkelijk kunnen switchen als ze toe zijn aan een nieuwe stap. “Ze kunnen hier werken aan de gebouwde omgeving, maar ook aan bruggen, hoogspanning of industrie”, aldus Declercq. Een bedrijf als Worksphere maakt SPIE nog aantrekkelijker voor technisch talent, hoopt ze.
Die toppositie schept ook een verantwoordelijkheid om de sector nog meer op de kaart te zetten als noodzakelijke bedrijfstak waar je als werknemer levenslang verzekerd bent van een baan, vindt ze. “Als je de grootste bent heb je ook een belofte in te vullen. Die verantwoordelijkheid willen we ook nemen. Het gaat niet alleen om ons bedrijf an sich, maar ook over het mensen aantrekkelijk maken om in de installatiesector te werken, want we hebben hen heel hard nodig.”
Techniek Nederland schatte onlangs dat het tekort aan technische mensen de komende jaren kan oplopen tot 20.000 à 30.000. Ook bij SPIE en Worksphere hebben ze er met zo’n 400 openstaande vacatures bij beide bedrijven een hele kluif aan om voldoende personeel te vinden. Er wordt daarom breed ingezet op allerlei doelgroepen. Declercq ziet tot haar vreugde ook het aandeel vrouwen in het bedrijf stijgen, althans op hbo- en universitair niveau. Vrouwelijke mbo’ers in de installatietechniek zijn een stuk schaarser en dus lastiger binnen te krijgen.
Waardering
Techniek wordt in veel opzichten nog niet op de juiste waarde geschat, vindt Declercq. Dat uit zich onder meer in de financiële waardering. 2021 lijkt voor zowel SPIE Nederland als Worksphere een prima financieel jaar te worden met een iets lagere omzet, maar wel een hoger resultaat. Maar ze vindt ook dat de winstgevendheid structureel te laag is en dat komt door de lage marges in de sector.
Maar ook in het algemeen is in haar ogen onvoldoende besef hoe essentieel de installatiesector is voor de totstandkoming van de verduurzaming. “Zonder ons soort bedrijven realiseert men helemaal niets. Er is geen brug, tunnel, warmtewisselaar, zonnepaneel, geen enkele duurzame oplossing die er komt zonder onze sector. Dat zou best meer gewaardeerd mogen worden.”